Strengere controles op fictieve dienstbetrekkingen

Strengere controles op fictieve dienstbetrekkingen

30 oktober 2018 - De Belastingdienst gaat de komende maanden strenger controleren op zogeheten ‘schijnzelfstandigheid’ en ‘fictieve dienstbetrekkingen’. Als er het vermoeden is dat opdrachtgevers opzettelijk onjuist omgaan met opdrachtnemers, kan dit binnenkort financiële en juridische consequenties krijgen.


Wat houdt schijnzelfstandigheid nu precies in? De Belastingdienst stelt dat er sprake is van een (fictieve) dienstbetrekking als een zelfstandig ondernemer feitelijk werkt onder dezelfde omstandigheden als een werknemer. Dit kan onder meer zo zijn als er sprake is van een gezagsverhouding, een verplichting tot persoonlijke arbeid of als de opdrachtnemer een vast loonbedrag per maand krijgt.

De feitelijke omstandigheid bepaalt of er sprake is van schijnzelfstandigheid. Een BVIK concept is geen zelfstandigheid constructie en zodoende immuun voor fictieve dienstbetrekking."

Jelle J. de Boer | manager BVIK

 

Opsporen van kwaadwillenden
Minimaal honderd opdrachtgevers uit verschillende sectoren zijn vanaf deze zomer in gesprek met de Belastingdienst. De handhaving van de wet DBA, opgesteld ter vervanging van de VAR, is uitgesteld tot op zijn vroegst 2020. Toch wil de Belastingdienst nu al ‘kwaadwillenden’ opsporen die opzettelijk een situatie van schijnzelfstandigheid laten ontstaan of voortbestaan.


Om te kunnen handhaven, moet de Belastingdienst bewijzen dat er sprake is van opzettelijke schijnzelfstandigheid. In dat geval behaalt de opdrachtgever vaak onterecht voordeel aan de schijnconstructie en wordt het speelveld op een oneerlijke manier aangetast. De Belastingdienst focust bij de controles op opdrachtgevers die nog niet in beeld zijn geweest of die niet werken met een goedgekeurde (model)overeenkomst.


Toezichtsplan Arbeidsrelaties
De controles zijn onderdeel van het Toezichtsplan Arbeidsrelaties dat de dienst onlangs heeft gepubliceerd. De planning is de bezoeken eind dit jaar afgerond te hebben. Als uit de gesprekken echter blijkt dat meer bezoeken nodig zijn, of bezoeken bij andersoortige opdrachtgevers, wordt het toezichtsplan tussentijds aangepast.


De grens tussen opdrachtgever en werkgever kan soms onduidelijk zijn. Wilt u meer duidelijkheid? Wij zoeken graag uit welke risico’s uw bedrijf loopt.


Bron: De Hooge Waerder